Ar-Bitter

Op de laatste “normale” speelavond bij het Wapen, speelde de Raadsheer in de kwartfinale van de Brabantse Beker. De Brabantse Beker bestaat in mijn herinnering toch vooral als dat ene wedstrijdje aan het begin van het seizoen dat we eigenlijk altijd verliezen. Maar de laatste jaren stoten we steeds vaker door naar de volgende ronde, en zo ook deze editie.

Na de eerste ronde te hebben overleefd tegen de Baronie (verslag van Mitchell is ook op de site te lezen), mochten we thuis tegen Bergen Op Zoom (BSV). Een team dat op papier net wat minder is dan wij, maar bekerschaak zou geen bekerschaak zijn als er geen hele gekke dingen zouden gebeuren. Het zou een gedenkwaardige avond worden met bizarre wendingen…

Waar te beginnen? Tja..

Ik zelf speelde op bord 1 tegen André van de Graaf. André speelde 1. e4. Dat hij vanaf het begin snel speelde en vroeg met een rare damezet op de proppen kwam,  suggereerde dat hij was voorbereid of in ieder geval zijn lijntje goed kende. Verrassend genoeg zat er ook wel wat venijn in die rare damezet, die ik nog nooit eerder gezien had. Ik moest vroeg in de denktank om wat positionele valletjes te ontwijken. Zoals het echte amateurschakers betaamd, mislukte dat “valletjes ontwijken” uiteraard compleet, waardoor ik uit de opening kwam met een hele lelijke geïsoleerde dubbelpion.

   

In dit soort stellingen is het vooral een kwestie van niet te veel pionzetten doen en kaarsjes aansteken dat wit geen doorgang kan vinden. Bij goed spel van zwart zal remise nog wel mogelijk zijn, maar meer ook niet.

Niek speelde op bord 2 tegen Oliver de Hert. De beide mannen hebben vaker tegen elkaar gespeeld en zijn erg aan elkaar gewaagd. Toch was onze Niek daar wel wat aan het drukken op de stelling en wellicht staat hij nét iets beter.

Mitchell zat naast me op bord 4 Robert Kunst schaakles te geven. Robert kreeg een aanvalletje op de damevleugel over zich heen die hem uiteindelijk 2 pionnen kostte. Ok, Mitchells koning stond nog wel in het centrum, en ok, die loper moest nog ergens een keer ontwikkeld worden enzo, maar dat gaat Mitchell wel regelen.

Toch, Mitch? Ja, he?

Kortom. Niks aan het handje. Ik ga remise keepen. Mitch pakt een puntje, Niek misschien ook, en Hans op 1 zal toch ook wel niet verliezen. Halve finale in het mandje!

Tijd om eens op bord 1 te gaan kijken. Daar speelde Hans tegen Angelique Osinga-de Graaf (inderdaad, de echtgenote van mijn tegenstander). En wat daar allemaal gebeurd is… kan een arbiter een proefschrift over schrijven. Dit werd de vreemdste schaakthriller die ik in mijn leven gezien heb.

Een niet onbelangrijk detail is dat verliezen op bord 1 in de beker in veel gevallen inhoudt dat het team uitgeschakeld wordt. Ik zal jullie niet vermoeien met de regels daarachter want we gaan het zo nog genoeg over schaakregels hebben 😊 Maar het moge dus duidelijk zijn dat de uitslag van deze partij een hele belangrijke is.  

Het eerste dat opviel was, dat Hans heel knap een stuk had doen verdwijnen van het bord. Helaas wel één van zijn eigen kleur, dus dat is misschien wel een verbeterpuntje voor de volgende keer.

Hij had wel bijna alle pionnen weten af te ruilen, en aangezien Angelique enkel nog een pion, een loper en een paard had, was hij toch nog dicht bij een remise. Want stel nu eens dat Hans die witte pion eraf kan timmeren. Zou jij mat kunnen zetten met een Loper en een Paard? Theoretisch is het mogelijk, maar er zijn zelfs Grootmeesters die toegeven dat ze het niet kunnen.

De crux vond plaats in tijdnood. Beide spelers krijgen 15 seconden per zet, en in een eindspel als dit is dat bizar weinig. Stijf van de spanning hadden beide kanten niet gezien dat Hans al 2 zetten lang schaak stond. Toen ze daar achter kwamen, moest de stelling dus terug worden geconstrueerd zoals hij op voorhand was.

In deze stelling had Hans (zwart) eerder Kh7 gespeeld. Dat mag uiteraard niet van de regels dus moest men terug naar deze stelling. Toen dat eenmaal voor elkaar was en de tijdstraf die daarbij hoort ook was doorgevoerd, vond Hans hier het briljante Lf7+! De grap is dat als wit met de koning de loper slaat, zwart pat staat!

Het is vast niet voldoende om per direct de partij te redden, want Angelique zag dit uiteraard. Maar wit moet wel weer opnieuw beginnen met een aanvalsplan verzinnen en dat kostte tijd. Veel tijd. Angelique kwam opnieuw in tijdnood en verloor (ik weet niet hoe?) haar beide stukken voor de pion aan onze tita-tovenaar uit Breda.

Tot overmaat van ramp ging ze ook nog door haar vlag, in (ongeveer) deze stelling.

De doorgewinterde schaker denkt dan: “Hè potverdrie, wat reuze jammer allemaal! Maar welbeschouwd zit meer dan remise er hier voor wit toch al niet meer in. Bovendien heeft zwart enkel een loper. Dus kan hij geen mat zetten en is het alsnog remise. Ach verhip, laten we de dag plukken en genieten van de mooie dingen in het leven. Waar is de bar? Ik lust wel een biertje.”

Maar wat wil nu het geval? Zowel Angelique als haar man André zijn gediplomeerd schaakarbiter.. en André wees er zijn vrouw op dat theoretisch gezien wit zou kunnen promoveren naar een loper. En dan (en alléén dan!) is er dus een winst mogelijk, namelijk deze eindstelling:

Met andere woorden, wit zou flink moeten meehelpen, maar een matje is mogelijk en dus wint zwart door het vallen van de vlag!

Merk dus op dat dit matbeeld niet bestaat als wit promoveert naar een dame, toren of paard.

Of als wit helemaal niet promoveert.

Of als de pion niet op een zwart veld zou promoveren, maar op een wit veld.

Ongelofelijk.

Kun je je voorstellen dat je door zo’n regeltje verliest? Soms is schaken echt heel wreed.

Achteraf relativeerde Angelique dit met “ach, het hoort erbij, dit kan gebeuren”. Ik denk dat ik 5 jaar bij de monniken in Tibet zou moeten wonen voordat ik er zo mee om zou kunnen gaan.

Hoe dan ook, het leverde wel de *kuch* verdiende 1-0 op voor de Raadsheer en er moest nog verder geschaakt worden. André had dus tijdelijk ons bord verlaten om zijn vrouw aan een reglementaire 0 te helpen, maar hij had nu weer tijd om zich over ons inmiddels erg remise-achtige eindspel te buigen. Die remise kwam er ook vrij snel doordat noodgedwongen voor de derde maal dezelfde stelling op het bord zou komen. 1.5-0.5

Omdat Oliver op bord 2 dacht dat het hiermee gedaan was, bood hij remise aan aan Niek. Dat dit het beslissende halfje was dat ons juist over de streep zou gaan helpen was hem kennelijk ontgaan en opnieuw een aparte wending in ons voordeel. Voor Niek lag het dus voor de hand om dit aan te nemen zonder er verder voor te hoeven vechten. 2-1

Op bord 4 kreeg Mitchell inmiddels schaakles van Robert. De 2 pionnen bleken misschien toch iets of wat giftig en de open e-lijn, waar ook Mitchells koning zich nog steeds bevond, werd aanstonds bezocht door de dame en toren van zijn tegenstander. Een dergelijk open huis loopt zelden goed af en het kostte Mitchell dan ook al snel zijn dame voor een toren. Volhardendheid, een gebrek aan geduld (of tijd?) bij zijn tegenstander en een enorme voorsprong aan pionnen maakte dat hij er nog een remise uit wist te persen.

Op een andere avond had ik ongetwijfeld nog wat meer geschreven over Mitchells partij, want ook daar gebeurde wel wat miraculeuze dingen. Wellicht heeft de Heilige Maagd Nancy ons op de laatste avond in het Wapen nog een mooi afscheid gegund. Voor nu zal ik het erbij houden dat deze hele match tegen BSV bol stond van de ontsnappingen aan onze kant en kleine vergissingen met grote gevolgen aan de andere.  Dat we deze partij gewonnen hebben is dus eigenlijk wel een vervroegd Kerstwonder te noemen.

Maar… hoe het ook zij. Met een eindstand van 2.5-1.5 in ons voordeel zijn we in ieder geval wél door naar de volgende ronde. Hopelijk hebben we nog een beetje geluk overgehouden voor de halve finale!

 

 

 

FacebooktwitterredditpinterestlinkedinmailFacebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

4 gedachten over “Ar-Bitter

  1. Trots op jullie, mannen, de dood of de gladiolen! Ze had ook een paard kunnen halen en mat gaan met Kb6 en Lb7. Maar ik zou toch mooi mijn snaveltje gehouden hebben als ik een BSV’er was

  2. Dacht dat Angelique nog wat stukken had toen ze door de vlag ging. Maar mijn notatie leek op dat van een analfabeet en verder wil ik deze partij zo snel mogelijk vergeten.

    1. Ze was eigenlijk al een aantal zetten door haar vlag, en ging daarom maar die pion slaan om nog proberen remise te krijgen.
      Overigens was mat ook mogelijk geweest als wit gepromoveerd zou hebben tot een paard. dan moet die nog wat extra mee helpen, maar ongelijke kleuren lopers zijn niet de enige redding.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *